Gaat Minister Kaag haar ambities nog waarmaken?
De komende dagen behandelt de Tweede Kamer de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Minister Kaag begon met mooie ambities, maar de tijd dringt om die waar te maken.
Blog geschreven door Eveline Rooijmans, Senior Political Advisor bij Oxfam Novib.
Het was hoopgevend: na jarenlange kaalslag op ontwikkelingssamenwerking, begon een nieuwe minister met veel kennis en ervaring, en met grote ambities om de grote problemen van deze tijd aan te pakken: extreme armoede en ongelijkheid, gedwongen migratie, en klimaatverandering, die vooral miljoenen mensen in ontwikkelingslanden bedreigt. Een duidelijke visie op de rol van overheden, internationale organisaties en het bedrijfsleven, en van Nederland zelf. Nog mooier, de Tweede Kamer had ook herontdekt dat er dringend geïnvesteerd moet worden in het tegengaan van armoede en ongelijkheid.
Toch lijkt de uitvoering van de ambities te stokken. Een dieptepunt: het kabinet presenteert de laagste OS-begroting in 50 jaar, in percentage van het nationaal inkomen. Dat wringt akelig met de ambities. Vóór de verkiezingskoorts gaat toeslaan, heeft Minister Kaag amper een jaar om de verwachtingen waar te maken. Hierbij drie welgemeende adviezen voor succes.
Ten eerste: breng het ontwikkelingsbudget terug naar de internationale norm van 0,7% van het BNI.
Ontwikkelingssamenwerking is een onmisbaar instrument om juist de armste en meest kwetsbare landen te ondersteunen. Er is de afgelopen twintig jaar grote vooruitgang geboekt in het terugdringen van armoede: een halvering van de extreme armoede en van de kindersterfte onder de 5 jaar. Polio is in meer dan 123 landen uitgebannen. Voor minder dan één cent van elke euro die we in Nederland verdienen hebben wij hieraan bijgedragen. Het is onvoorstelbaar dat het huidige Kabinet niet wil doorpakken om in 2030 extreme armoede voorgoed uit te bannen, zoals in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN is afgesproken.
Het kabinet investeert op dit moment -terecht- veel in tal van maatschappelijke problemen en er is budgettaire ruimte. Daarom ook besloot de Tweede Kamer tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen dat weer gestreefd moet worden naar de 0.7%-norm. Een voor de hand liggend begin is het wegstrepen van de ondoorzichtige ESA-korting van 264 miljoen bij de Voorjaarsnota 2020.
Ten tweede: een samenhangende aanpak is nodig op alle beleidsthema’s, inclusief belastingontwijking, voedselzekerheid, klimaat en handelsakkoorden.
De schade die arme landen ondervinden door slecht beleid is veel groter dan wat ontwikkelingssamenwerking kan repareren. Nederland heeft de mond vol over internationale samenwerking, maar is in de praktijk vaak klaploper of spekkoper.
Belastinginkomsten zijn cruciaal, óók voor ontwikkelingslanden, maar Nederland prijkt bovenaan lijstjes van landen waar de meeste belastingontwijking door multinationals plaatsvindt. Arme landen lopen daardoor miljarden mis die ze nodig hebben voor onderwijs, gezondheidszorg en werkgelegenheid. Van minister Kaag mag verwacht worden dat ze zich in het kabinet sterk maakt voor het daadwerkelijk afsluiten van de wijd open belastingontwijkingsroutes in Nederland, en een actieve opstelling in Europa.
Ook op milieu en energie bungelt Nederland onderaan de lijstjes. Het doet te weinig om broeikasemissies terug te dringen en betaalt niet haar eerlijke bijdrage aan arme landen die zich proberen te wapenen tegen een veranderend klimaat. Een flinke vuist op tafel in het bewindsliedenoverleg zou op zijn plaats zijn.
Het zelfde geldt voor miljardeninvesteringen door Nederlandse banken en verzekeraars in bedrijven die wapens produceren, die Saudi-Arabië en de VAE vervolgens inzetten in Jemen. Minister Kaag is een hoeder van Nederland’s reputatie op het gebied van vrede en internationaal recht, en zou de financiële instellingen in Nederland scherper kunnen aanspreken op hun verantwoordelijkheid. Ook zou het uitroepen van een waterdicht Nederlands wapenembargo tegen alle strijdende partijen in Jemen, inclusief Saoedi-Arabië en de VAE, een belangrijk signaal afgeven.
Ten derde: een slimme mix van maatregelen is nodig om bedrijven aan te zetten tot echte verduurzaming.
De klaplopers onder hen - notoire milieuvervuilers en mensenrechtenschenders – kunnen alleen maar aangepakt worden als vrijwillige maatregelen gepaard gaan met wetgeving.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen dreigt een modewoord te worden, maar het gaat om zwaar onrecht voor talloze mensen die worden uitgebuit. De SER was vorige maand glashelder over duurzaamheid: er is dringend ‘een versnelling van transities en een opschaling van inspanningen op alle fronten…nodig.’ Slechts 30% van de 700 grootste Nederlandse bedrijven onderschrijft expliciet de OESO richtlijnen voor duurzaamheid. In 2020 zou dat 90% moeten zijn en dat lijkt niet gehaald te worden. Bovendien blijven midden-en kleinbedrijven helemaal buiten schot. De minister zou ook hier kunnen laten zien dat het haar ernst is.
Juist omdat deze minister zo’n mooie start maakte, moedigen we haar aan om met andere ministers in het kabinet de eindsprint in te zetten om armoede en onrecht in de wereld aan te pakken. Er kan zoveel meer. En er moet zoveel meer.