De staat van het ontwikkelingsbudget: herstel blijft achter bij ambities
In 2018 is de jaarlijkse bijdrage van Nederland aan de ontwikkeling van arme landen onder de internationale norm van 0,7% van het BNP gebleven.
Waar in 2017 een percentage van 0,6% werd gerapporteerd door de OESO, steeg dit percentage in 2018 slechts marginaal naar 0,61%.
Ruim onder de beloofde 0,7%
Het feit dat we nog steeds onder de beloofde 0,7% norm blijven steken, is het gevolg van een reeks aan bezuinigingen en structurele kortingen die in het afgelopen decennium zijn doorgevoerd. Hierdoor komt het ontwikkelingsbudget – ondanks een herwaardering van internationale samenwerking van het huidige kabinet en een commitment tot herstel van budgetten - nog ruim onder de 0,7%-norm uit.
Schrijnend, zeker nu
Algemeen directeur van Oxfam Novib Michiel Servaes: ‘Het is schrijnend om te zien dat we er niet in slagen om ons te houden aan de belofte om een klein deel van onze welvaart te delen met de allerarmsten en meest kwetsbaren in deze wereld. Zeker in tijden dat het hier economisch beter gaat en de begroting duidelijk ruimte biedt.
Investeren is cruciaal
Het is van cruciaal belang dat we de komende jaren blijven investeren, om vooral de allerarmsten in staat te stellen zich te wapenen tegen de grote problemen van deze tijd: extreme ongelijkheid, klimaatverandering, conflicten en daaruit voortkomende migratiestromen.
Eerder naar de 0,7%
Minister Kaag heeft eerder aangegeven dat de business case voor internationale samenwerking al is gemaakt en dat ze weer 0,7% wil investeren in ontwikkeling. Wij roepen haar op om samen met ons te kijken of dat sneller kan dan de deadline die ze zichzelf heeft gesteld van 2030, want dan moeten de SDG’s immers al behaald zijn. Bouw kortingen op budgetten eerder af en investeer in de zaken die nú nodig zijn’ aldus Servaes.
Westerse landen, kom belofte eerder na
Minister Kaag kijkt 12 jaar vooruit. In 2030 moet de investering in ontwikkelingssamenwerking weer op 0,7% van het BNP liggen. Dat zijn 12 lange jaren. Wij vroegen één van onze partners in Senegal: 'wat is jouw droom voor over 12 jaar?'