Internationale hulp aan Syrische vluchtelingen faalt
- 7 oktober 2015
Rijke landen schieten ernstig tekort met hun inspanningen om het geweld in Syrië en de ontstane humanitaire crisis te stoppen. Dat zegt Oxfam Novib vandaag in een kritisch rapport ‘Solidarity with Syrians’. Het rapport bevat een scorecard die de hulpinspanningen van rijke landen met elkaar vergelijkt en beoordeelt of rijke landen een evenredig aandeel van de lasten op zich nemen.
De solidariteit met de Syrische vluchtelingen is helaas ver te zoeken. De bijdrage van de internationale gemeenschap voor een menswaardige opvang van vluchtelingen in de regio is al jaren volstrekt onvoldoende. Donoren hebben in 2015 slechts 44% van de hulpgelden toegezegd, die de VN en het Rode Kruis hebben gevraagd.
Farah Karimi, algemeen directeur Oxfam Novib: ‘Het gebrek aan daadkracht van de internationale gemeenschap is schrijnend. We zijn nog geen stap dichterbij een politieke oplossing. Ondertussen breidt de oorlog zich steeds verder uit, met verwoestende gevolgen voor burgers. Al jaren lang is er chronisch te weinig geld voor hulp in de regio. De opvang van vluchtelingen in de buurlanden kraakt in zijn voegen. Dat is de reden waarom steeds meer vluchtelingen de gevaarlijke en dodelijke reis naar Europa ondernemen.’
Sommige landen doen het beter dan andere, zo blijkt uit het rapport, maar de gezamenlijke inspanningen schieten ernstig te kort. Slechts een handvol rijke landen neemt een eerlijk aandeel op zich, zowel financieel als in het hervestigen van kwetsbare vluchtelingen, zoals Duitsland en Noorwegen. Veel landen scoren een dikke onvoldoende, zowel wat betreft hulp, als het opnemen van de meest kwetsbare vluchtelingen, zoals Rusland en Frankrijk. Nederland, Groot-Brittannië en Koeweit dragen in 2015 ruimhartig bij met financiële hulp, maar laten het afweten bij het hervestigen van kwetsbare vluchtelingen.
Een schamele 17.000 kwetsbare Syrische vluchtelingen zijn tot nu toe uit de overvolle vluchtelingenkampen in de regio uitgenodigd en hergevestigd in rijke landen. Het gaat hier om vluchtelingen die bijvoorbeeld medische zorg nodig hebben, of mensen die martelingen hebben doorstaan en die via de UNHCR worden voorgedragen voor herhuisvesting in derde landen. Nederland heeft tot nu toe maar 500 Syriërs uit deze groep opgenomen. Oxfam Novib dringt er internationaal op aan dat rijke en welvarende landen voor eind 2016 10% van de zwakste en meest kwetsbare Syrische vluchtelingen opnemen en hervestigen. Voor Nederland zou dat neerkomen op 6675 kwetsbare vluchtelingen.
Farah Karimi: ‘ Nederland toont een weinig menselijk gezicht door maar zo weinig van de meest kwetsbare mensen opvang te bieden, dat moet echt beter. Maar er is veel meer nodig: Europa voelt nu de effecten van de crisis in Syrië en dit zal alleen maar toenemen, als de humanitaire situatie in de regio niet verbetert en er geen politieke oplossing gevonden wordt voor deze oorlog. De internationale gemeenschap moet meer bijdragen. Meer geld voor humanitaire hulp en voor steun aan de gastlanden in de regio. Er moet een fatsoenlijke asielopvang en procedure komen voor vluchtelingen die Europa bereiken en 10% van de kwetsbare vluchtelingen moeten voor het einde van 2016 worden gehuisvest.’
De publicatie van het Oxfam Novib rapport valt samen met de beslissing van Oxfam Novib om een nieuw humanitair programma voor vluchtelingen op te zetten in Griekenland en Servië. Dit programma zal vluchtelingen op zoek naar veiligheid en bescherming helpen de winter door te komen.