Idai: een jaar na de storm
Een jaar geleden werden Mozambique, Malawi en Zimbabwe getroffen door verwoestende cycloon Idai. Oxfam wist bijna 800.000 mensen te bereiken met noodhulp, maar nog altijd lijden tienduizenden mensen onder de gevolgen van de ramp. Zij hebben klimaatsteun van westerse landen hard nodig om te herstellen.
Op 15 maart 2019 trof cycloon Idai Mozambique. De cycloon trok daarna verder over delen van buurlanden Malawi en Zimbabwe. Extreme regenval en harde wind verergerde de ramp. Veel gebieden waren lange tijd onbereikbaar voor hulp. Tot overmaat van ramp braken er in rap tempo cholerabesmettingen uit. Meer dan 1.300 mensen kwamen om het leven.
788.000 mensen geholpen
Oxfam haalde 14 miljoen euro op, waarmee 788.000 mensen geholpen konden worden:
- Met noodhulp: we deelden voedselvouchers uit en zorgden voor schoon drinkwater en hygiënische voorzieningen in tijdelijke opvangkampen.
- Met lange-termijn oplossingen: we helpen boeren zich aan te passen aan klimaatverandering, bijvoorbeeld met het gebruik van andere landbouwtechnieken en aangepaste zaden.
Verwoeste huizen en infrastructuur
Er is veel werk verzet, maar nog altijd lijdt de bevolking onder de gevolgen van Idai. Meer dan 100,000 mensen in Mozambique en Zimbabwe leven in verwoeste of beschadigde huizen of onder geïmproviseerde beschutting. Veel wegen, scholen en watervoorzieningen wachten nog op reparatie.
‘Alles behalve een natuurramp’
Bovendien heeft het getroffen gebied in steeds grotere mate te maken met door stormen, overstromingen en droogte. Door de opwarming van de aarde komt extreem weer steeds vaker voor. Door armoede is de bevolking niet uitgerust om voldoende te herstellen na zulke rampen. 9,7 miljoen mensen in de drie getroffen landen hebben dringend voedselhulp nodig.
Nellie Nyang’wa, Oxfams landendirecteur in zuidelijk Afrika: ‘Cycloon Idai was allesbehalve een natuurlijke ramp. Deze tragedie is gevoed door de klimaatcrisis, en verder verergerd door armoede, ongelijkheid en het tekortschieten van overheden en de internationale gemeenschap. Mensen proberen hun levens weer op de rails te krijgen. Politici wereldwijd moeten deze inzet evenaren.’
Meer klimaatsteun is nodig
Rijke westerse landen laten arme landen grotendeels opdraaien voor de kosten van rampen als Idai. En dat terwijl juist rijke landen meer verantwoordelijkheid dragen voor de uitstoot van broeikasgassen.
Wij vinden daarom dat rijke landen de klimaatfinanciering moeten leveren die de gemeenschappen nodig hebben om zich aan te passen aan klimaatverandering en te herstellen van klimaatrampen. En nationale overheden moeten gemeenschappen helpen weerbaarder te worden, bijvoorbeeld door boeren te ondersteunen hun landbouwtechnieken en gewassen aan te passen aan het veranderende klimaat.
Wij houden landen aan het Klimaatakkoord
Door het Klimaatakkoord in Parijs te ondertekenen, hebben Nederland en andere rijke landen beloofd jaarlijks 100 miljard dollar bij te dragen aan klimaatsteun voor ontwikkelingslanden. Wij houden ze daaraan. Alleen samen kunnen we de klimaatcrisis het hoofd bieden.